Sander Brouwer (35) van SBA is al 20 jaar ondernemer en krijgt nog altijd lichtjes in zijn ogen als hij anderen kan helpen om complexe zaken simpel te maken. Barmhartig bewaker van het vierkante evenwicht tussen zijn gezin, zijn familie, zijn vrienden en zijn bedrijf. En tegelijkertijd een man van afspraak is afspraak, zonder aanziens des persoons!
Jong geleerd…
‘In ben begonnen toen ik vijftien was. Nu is dat iets normaler, maar toen zeker niet. Mijn vader moest nog tekenen bij de Kamer van Koophandel. Ik wilde een zakelijke rekening openen, maar dat bracht ABN AMRO vooral in administratieve verwarring. Toen hebben ze ‘m maar gratis aangeboden, tot ik meerderjarig werd.’Wisten ze op school dat je al ondernemer was?
‘Ik zat op het Walburg College in Zwijndrecht . Toen ze daar van naam gingen veranderen en de nieuwe naam al rondging in het geruchtencircuit, kocht ik de domeinnaam. Die heb ik later wel zonder winst aan ze afgestaan hoor, haha, maar het was voor hen wel een eyeopener. Later heb ik daar, als leerling, nog een leerlingsysteem gebouwd.’Mensen van ‘nullen en eentjes’ zijn vaak niet erg flexibel…
‘Haha, ik sta wel als rechtlijnig bekend. Dat vindt niet iedereen leuk. Ik heb ook weleens klanten die op den duur vragen of ze niet met een collega verder kunnen praten. Als ik iets afspreek, is dat de afspraak, tot het moment dat we de afspraak herzien. Daar ken ik geen middenweg in, ook ter bescherming van de mensen die bij me werken. Als je iets toezegt, moet je het doen. Dat geldt voor mij en ook voor de klant. En trouwens ook in ons gezin.’Strenge vader?
‘Onze kinderen hebben me wel milder gemaakt. Als we met onze kinderen in een vliegtuig naar San Francisco zitten, snap ik wel dat ik niet alles naar m’n hand kan zetten. Dat heeft me in m’n werk ook wel geholpen met relativeren. Maar bij ons in de straat ben ik wel de strengste vader, haha.’En als baas?
‘Tot m’n 24e deed ik alles alleen. Dan zat ik op de camping in Spanje de helft van de dag onder een zendmast m’n klanten te helpen. Later kwam dat m’n relatie ook niet ten goede natuurlijk. Maar met personeel heb ik het in het begin ook moeilijk gehad. Dat je de fouten van een ander zág aankomen, maar je het soms toch gecontroleerd fout moest laten gaan. Daar heb ik destijds wel een paar ongelukkige keuzes in gemaakt…’En als partner?
‘Ik heb mijn vrouw leren kennen in Nederland, maar ze komt uit Rusland. Zij stimuleert me in wat ik moet doen om het bedrijf te laten groeien. Dat is belangrijk voor me geweest. Ik ben van nature een twijfelaar. Zij is meer van: doe het nou maar, je leeft maar één keer! Niet dat ik daardoor minder twijfel, maar het is met haar veel beter in balans.’Hoe zit het met dat twijfelen?
‘Ik kijk bij mijn beslissingen altijd naar het worst case scenario. Als ik daar niet mee kan leven, ga ik aanpassen. Dat geeft me rust. Ja, ook privé. Als er iets met een van ons beiden gebeurt, is alles voor de ander geregeld. Ook als het ons tegelijkertijd zou overkomen, is het scenario uitgewerkt.’Zakelijk gezien brengt dat soliditeit…
‘Dat voelt ook goed! Maar ik moet ook eerlijk zijn: als je meer risico neemt, wordt de kans op meer winst en snellere groei groter. Zo zit ik er niet in, nog los van het feit dat je daarvoor dag en nacht moet gaan werken. Dat zou enorme impact op het gezin hebben. Die keuze maak ik nu niet. Ik geef dat ook mee aan de mensen die bij me werken. Ik ben vaak de eerste die om zes uur de stekker uit hun computer haalt. Ik wil eigenlijk niet dat ze overwerken. Als het écht nodig is, graag. Maar liefst op tijd weg.’Is het alleen maar gestage groei geweest?
‘In het bedrijf wel… Mentaal heeft er wel een flinke dip in gezeten. Ik ging op m’n achttiende studeren in Eindhoven. En wonen bij een hospita. De eerste stap uit huis. Ik kende niemand, wist de weg niet. En ik was introvert, dat hielp ook niet. M’n oma werd ziek, dus ik ging vaak heen en weer naar het ziekenhuis in Amsterdam. Ik had ook m’n bedrijf nog en een vriendin in Hoek van Holland. De man van de hospita bleek zelfmoord te hebben gepleegd en een IT-bedrijf te hebben achtergelaten; dat heb ik toen afgebouwd. Dat was een periode van eenzaamheid.’Wat leerde je daarvan?
‘Dat ik nooit meer alleen wil zijn…’En nu?
‘In maart wordt ik 35. Heel lang is mijn doel geweest om op die leeftijd economisch onafhankelijk te zijn. Maar ja, hoe dichterbij die 35 kwam, hoe meer ik besefte dat dát niet echt mijn doel was. Werken is ook m’n passie. Daarnaast wilde ik heel graag een gezin met kinderen, een bepaald huis, een bepaalde auto. Dat kreeg ik voor allemaal elkaar. Toen dacht ik vorig jaar: ja, wat nu…?’En?
‘Meer aandacht voor onze vrienden, meer sporten, fitter geworden. Bovendien blijf ik ook van jaar tot jaar kijken of Nederland nog wel het beste plekje is om te wonen met ons gezin. Ja, dan kijken we naar scholen, kosten voor levensonderhoud, belastingen, het weer, veiligheid, familie, vrienden en alles waar we aan gewend zijn. Tot nu toe hebben we nog geen plek gevonden waar het beter is. Maar ik denk wel vaak: maak hier nou eens een plan, ga innoveren, want daar zijn we altijd goed in geweest, in plaats van alles proberen te regelen, te drukken en te remmen.’Wat is er mis met de belastingen dan?
‘Ik ben een groot voorstander van een solidair systeem, waarin met belastinggeld goede dingen worden geregeld voor mensen. Maar in Nederland kijken we altijd naar wat iets opbrengt en niet naar de moeite die het kost om die opbrengst binnen te halen. Iemand die met 80 uur werken iets verdient, wordt hetzelfde belast als iemand die dat in 40 uur doet. Daar heb ik serieus moeite mee, net als met de erfbelasting. En met de situatie dat boodschappen zo duur zijn dat steeds meer mensen die niet meer kunnen betalen.’Waar ben je zakelijk gezien naar op weg?
‘We groeien nog steeds. Ik hoef geen 100 man. Vooral een zelfredzame organisatie, niet afhankelijk van mij, waarin ik me thuis voel. Nu zegt mijn gevoel dat een verdubbeling naar een groepje van 30 mensen het makkelijker zou maken, zeker als er mensen op vakantie zijn of een keer ziek zijn. Zo kijk ik er nu naar, maar misschien blijkt het straks helemaal niet te kloppen.’Wat is de kern van wat jullie doen?
‘We proberen wat complex is simpel te maken, waarbij we ondertussen de kritische paden bewaken. Een goed voorbeeld is wat we bij KLM City Hopper deden. Daar organiseren ze crewtransporten over de hele wereld. Dan moeten die crews met een taxi van het vliegveld naar het hotel en terug. Dat was best een intensief proces om al die taxibedrijven, op alle locaties op tijd te krijgen waar ze moeten zijn, ze dan te laten factureren, die facturen te controleren, enzovoort. Ik zie dan schema’s. Op die basis heb ik dat proces met die taxibedrijven geautomatiseerd. Ja, dat klopt, daar gaan m’n ogen van glimmen… De volgende stap was dat wij het hele factureringsproces hebben geautomatiseerd: dan maken wij de factuur, leggen die ter goedkeuring voor aan het taxibedrijf en de goedgekeurde factuur schieten we dan de backoffice van KLM binnen. Daarmee heb ik een klant dan héél veel handwerk bespaard en een veel kleinere foutmarge gecreëerd, terwijl dat voor ons een relatief eenvoudige klus is. Inmiddels maken meer vliegtuigmaatschappijen er gebruik van.’Tekst: Frank Vijg
Fotografie: Vincent van Dordrecht